Minder voorkeur voor dorstlessers

De Belgische bierconsument drinkt steeds minder dorstlessers en kiest eerder voor zware bieren en speciale brouwsels. Volgens de Confederatie van Belgische Onafhankelijke Bierproevers is deze trend al een tiental jaar bezig. Brouwers van de zogenaamde doordrinkbieren zijn volgens de organisatie het slachtoffer van het verdwijnen van de toogcafé’s.

De tijd van de toog is volgens de Confederatie van Belgische Onafhankelijke Bierproevers grotendeels voorbij. In plaats daarvan gaat de consument vaker naar brasserieën en restaurants, waar hij ook een maaltijd kan bestellen. Het gevolg is dat er minder bier wordt gedronken met een laag alcoholgehalte, waarvan men gerust een paar glazen kon drinken. Nu kiest de consument steeds meer voor degustatiebieren en trappisten, die zwaarder zijn en waarvan men automatisch langer wil genieten.

In 1995 telde België nog 26.457café’s. In 2004 was dat teruggevallen tot 18.768 adressen. De statistieken van de Belgische restaurants tonen daarentegen een tegenovergestelde trend. In de helft van de jaren negentig kon men in 22.502 horecazaken een btw-bonnetje verkrijgen. In 2004 was dat al gestegen tot 25.899 locaties. Dat is een toename met vijftien procent. De organisatie Belgische Brouwers stelt echter dat het verlies helemaal te wijten is aan een ingekrompen biermarkt.