Amper 6 procent nooit in frituur

Op een gemiddelde dag eet 13 procent van de Belgen friet. Dat blijkt uit onderzoek van Vlaams Centrum voor de Agro- en Visserijmarketing (VLAM). Het gaat in de eerste plaats om het thuis eten van zelfgebakken friet. De Belgische frituren krijgen dagelijks ongeveer 460.000 klanten over de vloer. De hamburgerrestaurants moeten het stellen met ingeveer 80.000 bezoekers.

Uit het VLAM-onderzoekt blijkt dat 54 procent van de Vlamingen minstens één keer per maand naar een frituur gaat, waarvan 15 procent wekelijks. Hiermee scoort de frituur aanzienlijk beter dan de hamburgerrestaurants, aangezien slechts 17 procent van de Vlamingen tot de maandelijkse klanten mag gerekend worden. Drie procent bezoekt wekelijks een fastfoodketen.

Amper 6 procent van de Vlamingen gaat nooit naar een frituur, terwijl 28 procent nooit een hamburgerrestaurant bezoekt. Volgens het onderzoek van VLAM heeft de Vlaming een speciale band met de frituur. "Het gaat daarbij vooral om emoties en sfeerbeleving,” aldus een VLAM-woordvoerder. “We moeten erover waken dat die sterke emotionaliteit behouden blijft en het onderscheid met een snackbar gegarandeerd blijft.”

Elementen die deze emotionaliteit mee ondersteunen, zijn onder meer de smaak en geur van de frietjes van de frituur, de inrichting, de verpakking, de traditie en nostalgie die eraan vasthangt, maar ook de samenstelling van het assortiment. Daarbij wordt er opgemerkt dat bij de samenstelling van het assortiment dat de frieten duidelijk op de eerste plaats moeten komen. Slechts 8 procent van de Vlamingen vindt dat in een frituur ook pasta thuishoort.